Oekraïne en de Kozakken

OEKRAÏNE.
 

Oekraïne is wat betreft oppervlakte en bevolking te vergelijken met Frankrijk. Het land beslaat ongeveer 600.000 km2 en grenst aan Wit-Rusland, Rusland, Moldavïe, Roemenïe, Hongarije, Slowakije en Polen. Van de Poolse grens in het oosten tot de Donetsvallei in het westen strekt de staat zich over 1300 km uit, van de Pripjatmoerassen in het noorden tot de Zwarte zee in het zuiden over bijna 800 km. Er wonen ongeveer 55 miljoen mensen. Het land bestaat grotendeels uit steppe en heeft een landklimaat. Het uiterste zuiden is subtropisch. In het westen liggen de Karpaten met als hoogste top de Goverla (2061 meter) en in het zuiden het Krim-gebergte met de 1545 meter hoge Roman-Kosj. De belangrijkste rivieren zijn de Dnjepr, de Danoebe en de Dnjestr. Het centrale deel van het land is dankzij de zwarte aarde uitstekend geschikt voor landbouw. De industrie is vooral in het oosten geconcentreerd.

 

 
Oekraïne is sinds 24 augustus 1991 een zelfstandige staat, met een eigen regering en president, een eigen geel-blauwe vlag, eigen postzegels en een eigen betaalmiddel, de hrivna.
Oekraïne heeft een veelbewogen geschiedenis. Het gebied was niet alleen eeuwenlang een doorgangsgebied voor de nomaden die heen en weer trokken tussen Europa en Azïe, maar tevens een begeerd object voor de omwonende volkeren.
Er zijn invasies geweest van Turken, Mongolen, Litouwers, Witrussen, Polen en Duitsers. In de 9e eeuw maakte Oekraïne deel uit van het Russische vorstendom Kievan-Rus. De huidige bevolking van Oekraïne en Bjelo-Rusland stamt af van de bewoners van dat vorstendom. In de 12e eeuw bezetten Litouwse en Poolse leenbaronnen Oekraïne.
Gedurende hun aanwezigheid moeten ze zich voortdurend verdedigen tegen de oprukkende Krimtataren en de legers van de sultan van Turkije. De Polen werden uiteindelijk niet verdreven door de vreemde belagers maar door de inheemse bevolking. Van 1648 tot 1654 vochten de Oekraïners voor hun vrijheid onder leiding van de kozakkenhoofdman (Hetman) Bogdan Chmelnitsky.
Nadat de Polen verdreven waren, werd Oekraïne opgenomen in het grote Russische rijk. De Oekraïners wensten echter een eigen, onafhankelijke staat en kwamen herhaaldelijk in opstand tegen tsaar Alexei. De tsaar trachtte het nationalisme de kop in te drukken door andere bevolkingsgroepen te vestigen in Oekraïne (onder andere Russen en Moldaviërs) en de plaatselijke cultuur te vernietigen.
Hij verbood het gebruik van de Oekraïnse taal en het drukken van Oekraïnse literatuur. In 1667 raakte Rusland opnieuw in oorlog met Polen, wat tot gevolg had dat het oostelijk deel van Oekraïne Russisch bleef en het westelijk deel Pools werd. In 1772 brak er een opstand in de Oekraïne uit omdat Catharina de Grote het lijfeigenschap invoerde.
De drijvende kracht achter de opstand was de kozakkenhetman Jemeljan Poegatsjov (1740-1775), die de strijd twee jaar lang volhield. In 1774 werd hij gevangen genomen en in 1775 geëxecuteerd. Na de Poolse deling in de 18e eeuw verwierf Rusland het grootste deel van Oekraïne.
Alleen Galicië en een gedeelte van de West- Oekraïne waren in handen van de Oostenrijkse Habsburgers geraakt. Het tsaristische regiem van de 19e eeuw was bang voor nationalisme en streefde naar russificatie of Grootrussische overheersing van Oekraïne.
Zo werd het in 1876 verboden om teksten in het Oekraïnse te publiceren, hetgeen de nationalistische gevoelens juist versterkte.
Taras Sjevtsjenko (1814-1861) is voor deze periode een symbolische figuur. Hij wordt gezien als de vader van de Oekraïnse literatuur een een belangrijk strijder voor Oekraïne en zijn eigen cultuur.
Sjevtsjenko was een lijfeigene die werd vrijgekocht door de Russische kunstschilder Broeljov.
In 1847 beval de tsaar arrestatie en verbanning van Tsjevsjenko.
 

 
De ineenstorting van Duitsland en zijn bondgenoten aan het einde van de Eerste Wereldoorlog maakte de oprichting van de Oekraïnse Socialistische Sovjet Republiek mogelijk, maar het duurde lang voordat de Russen hun gezag definitief hadden gevestigd. Het nationaal bewustzijn van de Oekraïners leidde nog steeds tot conflicten en tijdens de burgeroorlog boden zij heftig tegenstand tegen het Rode Leger.
Zij ontvingen veel steun van de Polen, die in 1920 samen met twee Oekraïnse divisies doordrongen tot op de oostelijke oever van de Dnjepr. De Russische generaal Boedjonny dreef de Polen en Oekraïners terug. De Russen sloten vervolgens met de Polen een overeenkomst, waarbij de grenzen van het Oekraïens grondgebied werden vastgesteld.
In 1924 werd de Oekraïne bijna volledig overgenomen door de sovjetunie. Het gebied behield een schijn van autonomie.
 
Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, rukten Duitse troepen de Oekraïne binnen. Zij ontmoetten weinig weerstand. Weer uitte zich het Oekraïens nationaal bewustzijn: de bewoners vormden een opstandelingenleger dat zowel de Duitsers als de Russen bestreed. Na de Tweede Wereldoorlog werden de grenzen van de Oekraïnse republiek opnieuw vastgesteld. Op dat moment woonden veel Oekraïners buitten de officiële grenzen.
Al die gebieden werden verenigd in een territoriale eenheid, die bestond uit gebieden die in 1939 op Polen, in 1940 op Roemenië en in 1945 op Tsjecho-Slowakije waren veroverd.

 

 
In 1986 versterkte het ongeluk met de kerncentrale bij Tsernobyl slechts 144 km. ten noorden van Kiev, bij de Oekraïners het gevoel dat veel beslissingen die hun leven beïnvloedden of zelfs bedreigden in Moskou werden genomen, zonder dat ze daar zelf invloed op konden uitoefenen.
Na de mislukte coup van augustus 1991 riep de Oekraïne zich op 24 augustus uit als onafhankelijke staat. Tegenwoordig is dit een nationale feestdag.
 
Er moet een hoop veranderd zijn de afgelopen 150 jaar. Oezjgorod is een vriendelijk provinciestadje gebouwd aan weerszijden van de rivier de Oezj. Langs de oevers liggen rozentuinen en staan cipressen.
Het centrum is oud en heeft lage, kleurige huizen. De stad bestaat al minstens sinds de 9e eeuw. Door de verschillende machthebbers wisselen verschillende architectonische stijlen elkaar af.
De stad is een belangrijk cultureel centrum voor de regio. De houtindustrie speelt een grote rol in de economie, terwijl het district befaamd is om zijn wijn. Hier komt een kwart van de Oekraïnse wijnproduktie vandaan.
Oezjgorod heeft sinds 1945 een universiteit en verder verschillende onderwijsinstellingen, zoals het muziekcollege en het college voor kunst.
 
 
De voornaamste bezienswaardigheid is het Oezjgorod kasteel, waarvan de indrukwekkende toren hoog boven het dorp uitkomt. Het Kasteel op de kasteelheuvel (voel. Kremlivska) stamt uit de 9e eeuw. In het kasteel leefde meer dan 1000 jaar gelden de Russische prins Laborets. Deze Oostslowaakse prins was de heerser over een onafhankelijk rijkje in de Transkarpaten.
Het hoofdgebouw van het kasteel is een vierhoek met vierkante torens in alle vier de hoeken. Het is gebouwd in de 10e eeuw en herbouwd in 1598.
Er is een museum in gevestigd dat de geschiedenis van de streek als onderwerp heeft. Er is een galerij met meer dan 2000 schilderijen en beelden, gemaakt door Russische, Oekraïnse en buitenlandse kunstenaars.

 

In 1842 werd bij het kasteel een standbeeld van Heracles neergezet. Op de kasteelgrond zijn de overblijfselen te bezichtigen van een oude Romaanse katholieke kerk. Vanaf 1775 tot 1945 was hier een seminarie gevestigd. Bij het kasteel is een etnografisch museum en in het aangrenzende park een openluchtmuseum. Ook de kathedraal is te vinden op voel. Kremlivska.
Ze was oorspronkelijk een Jezuïetenklooster en werd gebouwd in 1640. Het interieur van de kerk is barok, de buitenkant is tengevolge van restauraties in de 19e eeuw classicistisch. Oezjgorod heeft verder een opera- en drama theater aan Teatralna pl. En hier vlakbij de Filarmonie gevestigd in de voormalige synagoge.
In het Jezuïtenklooster is ook de Universiteitsbibliotheek gevestigd. De bibliotheek fungeerde als residentie van het bisdom. Er zijn meer dan 600.000 boeken in ondergebracht, waaronder zeventig oude Russische manuscripten, een collectie van 16e en 17e eeuws eerste edities en veel 18e- en 19e- eeuws boeken.
Verder zijn er in Oezjgorod een zoölogisch museum, een botanische tuin met meer dan 300 verschillende planten en een recreatiepark. In de Transkarpaten zijn meer dan 300 medicinale bronnen, die water van uitstekende kwaliteit leveren. De bronnen, het milde klimaat en de berglucht maken het gebergte tot een geliefd kuurgebied.
Jaarlijks komen er zo’n 300.000 mensen er naar toe om er hun vakantie door te brengen. Om ze op te vangen heeft de overheid een groot aantal sanatoria, rusthuizen, hotels en andere faciliteiten laten bouwen.
Zeer bekend is de Naftusya-bron bij het Truskavets gezondheidscentrum. Het water wordt gebruikt voor de behandeling van nier-, lever-, en maagklachten. Seredne ligt 22 ten oosten van Oezjgorod. In het dorpje liggen ruïnes van een 16e eeuws kasteel.
Moekasjevo is een van de voornaamste steden in de Transkarpaten. De stad werd rond de 10e eeuw gesticht. Het oudste historische monument in de stad is het Palanok-kasteel, dat op een steile heuvel aan de zuidrand van de stad staat. Het is gebouwd in de 14e eeuw en was in die tijd een onneembare vesting.
Bij het kasteel staat een 18e eeuws paleis, bekend als het Witte Huis, en een 14e eeuws gotische kapel.

Het Sorochya-Gora monument staat bij de brug over de rivier de Latorisa en herdenkt de opstand tegen de Oostenrijkse bezetters in 1849.

 

 
Een interessant voorbeeld van Oekraïnse architectuur is de houten kerk die gebouwd is in de 18e eeuw. Oorspronkelijk stond deze in het nabijgelegen dorp Shelestovd, waarvandaan het gebedshuis in 1927 is overgeplaatst. Aan de oever van de rivier de Latoritsa ligt een mooi stadspark.
Ten noorden van Moekasjevo loopt de weg omhoog door de bossen van de Transkarpaten. Hiervandaan heeft u een mooi uitzicht over het landschap. Ten oosten van de weg ligt diep in de Latoritsa-vallei het houthakkerdorpje Syalava. Dit gebied is rijk aan mineraalbronnen en er staan verschillende fabrieken die mineraalwater produceren. Interessant is de forellenkwekerij in Syalava.
De forellen die hier vandaan komen worden uitgezet in de rivieren van de Transkarpaten.
Door het excellente klimaat, de medicinale bronnen en de schoonheid van het natuurlandschap is de omgeving van Syalava zeer populair als vakantiegebied. Er staan verschillende sanatoria waaronder het Karpaten-sanatorium, dat vroeger een jachthuis was van de graaf Schönborn, grootvorst van Trier.
 
Terug naar: Roesalka